KNSB Marathon Cup 2: Weekendje Heerenveen
Door Bart Hakkenberg – Donderdag rond 8 uur belde ik Hans van den Eeckhout op. “Morgen om 3 uur bij de Mandelabrug. “oke” zei Hans en hij wist genoeg, “laters”.
We zouden de volgende dag naar Heerenveen vertrekken. De wedstrijd was zaterdag maar wij hadden een mooi plan. Als we nou een dag van tevoren aankwamen, hadden we niet het gedoe van de reis op de wedstrijddag. Dat scheelde ons een hoop stres en wij konden lekker in de Friese buitenlucht in fietsen.
Bijkomend voordeel was ook dat we een goedkoop weekendje hadden. Geen reiskosten i.v.m. Ov- kaart. Geen kosten van een huisje omdat wij logeerde in het huis van mijn broertje. Die was in het buitenland, dus wij hadden zelfs een leeg huis tot onze beschikking.
Mijn broertje heeft een mooie bungalow op loopafstand van Thialf. En dan bedoel ik echt loopafstand! Googlemaps berekent 350 meter. Zelf kwam ik na het tellen van mijn passen uit op 275 meter. Inlopen vanuit huis is dus eigenlijk al te dichtbij. Je wordt er niet warm van.
Na een reis van ongeveer 3 uur arriveerden we in het huis. Onderweg waren we al aangehouden door meerdere conducteurs. Wij zaten natuurlijk in de verkeerde coupe, de fietsen mochten niet mee in de spits en de fietsen stonden voor de deur waar “vrijlaten op stond”. Toch waren ze best schappelijk want we mochten de fietsen gewoon ergens neerzetten en in de spits in de eerste klas gaan zitten. Dat was wel na het praatje over de kosten van de fietst, van welk materieaal het gemaakt werd en na al zijn mountainbike verhalen.
‘s Avonds aten we een berg pasta naar binnen met wat pindasaus zodat we de volgende dag een grote voorraad koolhydraten hadden. Dat is nodig om in de wedstrijd van 100 rondes het vol te kunnen houden. Vorig jaar toen het N.K. in Heerenveen was dacht ik het op een patatje pinda te kunnen doen de dag voor de wedstrijd. Na 50 rondes lag ik er toen af. Misschien had het niet daar mee te maken, maar toch nam ik het risico dit keer niet.
Op de wedstrijddag zelf heb ik altijd een standaard ritueel. Ik probeerde dat bij Hans er ook in te brengen maar dat wilde deze zaterdag nog niet echt lukken. Ik ga altijd rond 9 uur in fietsen. Dat is meestal 3 kwartier à een uur. Daarvoor ben ik al minstens 2 uur wakker en eet ik lekker op mijn gemak. Dat liep vandaag al weer helemaal anders. Hans is een avondmens en dat wil dus ook zeggen, totaal geen ochtendmens. Pas rond 10u kwam hij er achter “is het al zo laat?”
Toch zaten we 3 kwartier later op de fiets voor onze wedstrijdvoorbereiding. Thuis heb ik een vast rondje, maar hier fietsten we “achter onze neus aan.” Dat was achteraf niet heel erg slim. Wij kwamen langs allemaal mooie weilanden. De weg slingerde afwisselend zodat het fietsen totaal niet saai was. We kwamen langs 3 “natuurijsbanen”, die ze in de winter onder laten lopen om wedstrijden op te houden. We kwamen langs de baan in Nijelamer waar ik ooit toen de winters nog koud waren een kortebaanwedstrijd gewonnen had. We kwamen langs vele afslagen waar wij toch maar weer gewoon op de gok wat deden.
“Laten we hier links gaan”, zei ik. “nee joh rechts” zei Hans en hij reed alweer door. Ik moest hem volgen want anders was ik hem kwijt. Ik riep nog “ik vertrouw deze afslag niet, straks loopt het dood”. Hans riep “rij nou maar door zeur het zal zo’n vaart niet lopen.”
7 minuten later fietste hij bijna de vaart in. “Shit man het loopt hier dood”. “Ja, ik zei je toch al dat ik het niet vertrouwde” zei ik. “Mijn neus laat mij niet zo gauw in de steek, drommels!”. De optie om met het pondje naar de overkant te gaan hadden we ook maar snel laten varen. Er stonden net een aantal mensen midden op de sloot als een gek te draaien aan een wiel waar een touw aan vast zat. Het leek net een stel Italianen die bij spel zonder grenzen hun joker hadden in gezet. “We gaan terug” zei ik en Hans volgde morrend.
Na bijna 2 uur kwamen we doorweekt weer thuis. Het laatste half uurtje regende het hard en we hadden tegenwind terug.
Nadat ik gedoucht had kwam deel 2 van mijn voorbereiding. Het schaatsen slijpen. Dat doe ik altijd met op de achtergrond een survival programma van Discovery Channel. Het is niet dat ik speciaal op die tijd dat ga kijken. Het is altijd puur toeval. Ik zet de tv aan en het enige leuke rond die tijd is dat programma. Nu zette de tv aan en ik zag nog net de aftiteling ervan. “Shit een uur te laat”.
Deel 3 van de voorbereiding is het eten voor de wedstrijd. Dat doe ik 3 uur van tevoren. Dat is essentieel want als ik het te vroeg doe krijg ik honger en presteer ik niet goed. Doe ik het te laat dan heb ik kans dat het naar boven komt, of dat het niet goed word opgenomen. Ik had van de kilo bamie die ik mee genomen had nog een aardig bordje over dus at ik dat op.
Ik wil altijd een uur voor de wedstrijd aanwezig zijn en dat was nu niet zo moeilijk. Twee voor half 5 gooide ik de deur van het huis achter mij dicht en liep ik met Hans de 300 passen naar de ijsbaan. Onderweg belde mijn ploegleider mij op “waar zit je? Je bent al bijna te laat voor de bespreking”. “Rustig” zei ik, “ik stap net de deur van mijn huis uit”, wetende dat mijn ploegleider niet wist dat ik al in Heerenveen bivakkeerde.
De wedstrijd liep uitstekend. Elke demarrage konden wij als ploeg pareren. Ook demarreerde ik een paar keer zelf, maar telkens werd het weer dichtgereden. Dat was jammer want ik voelde dat ik winnaars benen had. Dat heb ik wel vaker tijdens een wedstrijd en meestal eindig ik na een 10e demarrage op een 20e plek. Een paar keer is het me wel gelukt en dan eindig je mooi op het podium. Dit lukte echter deze wedstrijd niet en het werd een massasprint. Met nog 9 rondes te gaan gokte ik nog 1 keer en demarreerde ik vol weg. Dat werd weer keurig dichtgereden door een paar anti- sprinters die ook hun laatste kruid aan het verschieten waren en ik volgde het peloton weer op zoek naar een plaats in de top 20.
Hans was daar ook mee bezig. Ik zag hem voor mij rijden en dacht, “zozo die gozer gaat steeds beter rijden, straks haalt hij klassementpunten”. Met nog 2 rondes te gaan liet hij echter een gat waardoor hij door een paar rijders ingehaald werd. Ik zag die kans ook en kwam er ook tussendoor. Daardoor kwam hij rond de 30e plaats te zitten. Ik schoof door naar de 20e plaats en sprintte af naar plaats 18. Een goed resultaat omdat ik zoveel al gedaan had in de wedstrijd. Hans werd 36e wat ook niet slecht was. Het is de 2e wedstrijd van de 2 die hij dit jaar heeft uitgereden. Top!
Dat belooft wat voor de volgende wedstrijden!
De volgende wedstrijd is 24 oktober om half 6 in de gezelligste baan van Nederland Amsterdam! En nog een datum om in uw agenda te zetten, 14 november Den Haag.