Als je schaats maar goed zit!
Hopeloos is het. Of moet ik zeggen “zijn ze”? Ik heb het over team HGS. Ooit is mij verteld dat dat staat voor de Hopeloze Gevallen Selectie.
Elke week weer probeer ik om ze bij te houden. Dan rijden ze hard voor me weg. Ternauwernood weet ik dan nog aan te haken en kom ik toch zo’n beetje tegelijk bij de rustpauze aan. Rustpauzes die ik goed kan gebruiken. Ook al hebben we op dat moment nog niet meer dan 200m geschaatst. Nee, niks aardig is het om mij zo af te matten.
Maar soms kijk ik om me heen en heb ik ineens het idee dat ik ze allemaal eraf gereden heb. Ze zijn die keer niet voor mij uit gereden en als ik omkijk zie ik ze ook niet. Echt, zou ik zó hard gegaan zijn? Trots kijk ik in het rond. Zo. Niemand die mij kan bijhouden. Alweer heb ik het inrijden gewonnen.
Hoe groot is telkens weer de teleurstelling als ik dan bij de krabbelbaan kom en daar een heel tapijt van roze mutsen opmerk. Roze mutsen. Geknield. Met één knie op een handschoen. Ze hadden helemaal niet meegereden. Op de muts staan de letters H.G.S. Heel Goed Strikken. Als je schaats maar goed zit…